Bakkeljauw (Klipvis) bron: wikipedia |
Met tante Nos op de
voorstoel en Dana en ikzelf op de achterbank, rijden we naar Commewijne.
Blijkbaar is er afgesproken dat we op een bepaald adres garnalen gaan halen en
iets van vis, wat Bakkeljauw
blijkt te zijn.
Op het adres waar we
moeten zijn, is echter geen persoon te bekennen. Na wat heen-en-weer gebel,
blijkt de betreffende verkoopster even naar de winkel te zijn. We wachten ruim
tien minuten en dan ineens verschijnt er iemand. Mijnheer Kibrifasi is ietwat
geïrriteerd over het feit dat hij heeft afgesproken op een tijdstip en dat er
dan niemand is.
Tasjes worden achterin
de auto gezet en de reis vervolgt zich, naar een volgend adresje waar ook een
specifieke vis gekocht kan worden. We komen aan bij een soort visafslag/ haven.
Dana wordt er op uitgestuurd om op de steiger na te gaan of de vis er ook is,
maar komt onverrichter zaken weer terug. Later zullen we nog bij een aantal
stalletjes langs de weg stoppen om te zien of die bepaalde vis toevallig daar
wordt verkocht, maar uiteindelijk hebben we die vis helemaal niet kunnen kopen.
We rijden vervolgens een
stuk land inwaarts. Ik ben verrast dat er ineens een strakke weg (ter breedte
van een straat) ligt die met stenen is gelegd, er is nagenoeg geen kuil in te
bekennen. Aan weerzijden van de weg
liggen landen met groenten. Ik zie aardappels, tomaten, andijvie, sla en pepers
aan me voorbij gaan.
We stoppen bij een
tomatenboer die een kraampje langs de weg heeft staan. Na wat onderhandelen,
loopt de vrouw naar binnen, komt met twee kisten naar buiten en loopt het land
op. Even later komt ze terug met twee kisten vol tomaten. Omgerekend is het nog
geen vijf euro per kist.
Terwijl we stil staan
valt me op dat aan de overkant een basisschool staat die ‘O.B.S. Alkmaar’ heet.
Hé deze plaats heet Alkmaar… grappig. Zit ik kilometers van huis, zit ik alsnog
in Alkmaar! Ik heb ook maar gelijk een foto genomen van het naastgelegen
voetbalveld. Het ‘AZ’ van hier zeg maar. Ik amuseer me best wel.
O.B.S. Alkmaar |
Strak gelegde weg door Alkmaar |
Het 'AZ' stadion in Alkmaar, Suriname :-) |
We rijden weer rustig
verder en even later rijden we een erf op, toeteren twee keer en vragen dan de
vrouw die naar buiten komt om ‘Paksoi’. Ook deze vrouw loopt naar binnen, komt
naar buiten met een doek en mes, en gaat het land op. Even later komt ze terug
met bosjes paksoi.
Heel bijzonder dat je
hier langs een veld met groenten rijdt en als je het wilt kopen, rijdt je het
aangelegen erf op, toetert, onderhandeld en vervolgens gaan ze het voor je van
het land af halen.
Een stukje verderop
wordt een grote zwarte emmer (!) pepers gekocht (omgerekend nog geen 8 euro),
die ook vers van de struiken af wordt gehaald.
In de auto vind ik het
nu wat minder aangenaam. Ik vraag me af of ze de garnalen en bakkeljauw niet
als laatste hadden kunnen halen. Hoewel de auto airconditioning heeft, is dat
niet aan mijnheer Kibrifasi besteed en de ramen staan dan wel open, die
garnalen gaan toch op een gegeven moment ruiken, net als de vis die – heb ik
gemerkt- van zichzelf al een behoorlijk penetrante geur heeft. Wat een meur!!! (en dan ben IK inmiddels toch al wat gewend na deze week)
Na de pepers gaan we
nagenoeg direct naar het huis van tante Nos en laden daar de gekochte waren
voor een deel uit. Daarna rijden we naar het huis van mijnheer Kibrifasi, waar
we wat hangen en ons opfrissen.
Blijkbaar eten we
vanavond bij tante Nos, want we gaan de auto weer in en weer richting
Paramaribo. We zullen er patat en kip eten. De patat wordt onderweg bij een –
specifieke- chinese supermarkt gekocht. Ook hier zijn er dus bepaalde winkels
waar je voor bepaalde producten heen gaat omdat ze daar ‘het beste’ merk, soort
of smaak hebben. Er wordt ook mayonaise gekocht. Het lijkt iets uitzonderlijks
te zijn op het boodschappenlijstje van zowel mijnheer Kibrifasi als Dana, want
ze vragen mij welke ze het beste kunnen nemen. Ik zie er de ‘Zaanse huisjes’
tussen staan en kies die, want die is ook niet de duurste en ik ken ‘m van
thuis als niet al te slecht.
Dana heeft nukken
vanavond. Ze lijkt wat kribbig in ieder geval. Mijnheer Kibrifasi is helemaal
niet blij. Er lijkt sinds gisteren een bepaalde spanning te hangen tussen de
twee, maar helemaal thuisbrengen kan ik het ook niet. Mijnheer Kibrifasi gaat
op een gegeven moment helemaal uit zijn pan over de gang van zaken. Dana
frituurt de kip bij tante Nos, ik vind het lekker, maar mijnheer Kibrifasi vind
het helemaal niet naar de zin gaat zoals het gemaakt is, er schijnt van alles
met de bereiding aan de hand te zijn. Te veel olie in de wok, te rommelig, te
dit, te dat…
Als op de terugweg
mijnheer Kibrifasi, Dana en Sam (die ook mee is) afzet bij hun huis, zeggen ze specifiek
alleen mij gedag en wensen me goedenacht. Dit weer tot woede van mijnheer
Kibrifasi. De verdere rit naar huis gaat alleen maar over de gedragingen van
Dana en wat hij er van allemaal niet van vindt. Ik laat het het ene oor in gaan
en het andere oor weer uit, wederom voel ik me ongemakkelijk, maar gelukkig is
de rit nu een stuk standvastiger omdat er (bijna) geen drank is genuttigd…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten