dinsdag 17 maart 2020

Kloru... tesi ...moro ini SU!

Eén van de woorden die - in mijn ervaring- SU omschrijft is 'uitgesproken'. Kleuren, natuur, smaken...

In SU is er geen sprake van half-wat smaken, dingen zijn - zeker in Nederlandse optiek-
  • heel zoet => Fernandez is in Su toch echt veel meer gezoet dan in NL en het Ferandez-ijs (niet ijs van de frisdrank, maar het merk ijs) is -behalve heel luchtig- ook voorzien van de nodige suiker...
  • heel zuur => het zuurgoed moet je echt eens proberen, net als augurken ...
  • heel zout => denk maar aan zoutvlees, maar ook gedroogde vis is bijvoorbeeld heel zout...
  • heel bitter => sopropo (alsem- of bitterpeer) en antroewa zijn typische groenten die bitter zijn (de sopropo vindt ik daardoor écht niet lekker bijvoorbeeld)
  • heel pittig => de Mdm. Jeanette sambal laat de gewone Indische sambels écht verbleken en ook de pindasambel en ketjapsambel zijn niet mild van smaak...
De eerste paar dagen wanneer je nog kennis aan het maken bent met de Surinaamse keuken, kán dat voor bijzondere verrassingen zorgen (zoals mijn 'komkommer-avontuur' in mijn eerste week SU ooit). Zelfs wanneer je gewend bent aan de SU smaken dan nóg is het de eerste paar dagen in SU zelf even wennen.

Wij kennen bijvoorbeeld pittig' van de Indische keuken, maar Su kent 'niet pittig' of 'ongelooflijk heet'-pittig (ook wel... "je ruikt al dat het pittig is'' of 'je hoeft er maar naar te kijken en je weet dat het pittig is"), maar ook 'het lijkt niet zo, maar ineens sta je in de hens'-pittig. Ik vermoed dat de Srananman net zo veel beschrijvingen voor 'pittig' heeft als de Ijslander voor 'sneeuw'...

Nu heb ik inmiddels een redelijk uitgesproken mening over (gekocht) Surinaams eten in Nederland; het is namelijk, bij veel eettentjes, bij lange na niet het Surinaamse eten dat ik ken uit Suriname. 

Ik denk dat het hetzelfde is als met de taal. Er is 'authentiek Sranan', 'stads Sranan', 'Tata Sranan' en 'straattaal'. In Nederland eten we dus 'Tata-Sranan nyan nyan"; het is gemaakt naar bijvoorbeeld familierecept dat ooit is meegenomen naar Bakrakondre en vervolgens is het met 'het moet lekker pittig zijn' gecombineerd tot een te heet gerecht, waar de uitgesproken smaken compleet niet meer tot zijn recht komen. Het enige dat rest is "faya"...Daarnaast kennen we in Nederland de 'straattaal nyan nyan' :de 'roti'. Iedereen kent t als typisch Surinaams en het is verworden tot een soort ordinair junk-food achtig iets. 

Als je echter in Sranan zelf (goed) authentiek Surinaams gaat eten (of je kookt zelf Surinaams uit een - in Suriname gekocht Surinaams kookboek (Muriëls Groot Surinaams Kookboek door uitgeverij VACO bijvoorbeeld)- dan is er wel sprake van pit (of faya), maar zeker niet zodanig dat de overige smaken compleet naar de achtergrond gedrukt worden. En vaak wordt gevraagd of de peper 'gezet' moet worden (er bij dus en niet al er doorheen). Surinaams eten is uitgesproken van smaken, maar niet alleen in de 'heel pittig' hoek; de smaken zijn delicaat gebalanceerd. Zelfs de 'mighty ribs' bij 'mighty racks' in Paramaribo zijn dan wel ongelofeloos pittig, de marinade is ook volgepakt met allerlei smaak.

Roti is niet alleen een 'pannenkoek' met kouseband (of - foei blauwe grootgrutter! - sperciebonen), ei, kipkluif en zompige aardappels'; wie in SU voor 'Roti' gaat, heeft een veelheid aan keuzen. 
Met kip, met doksi of doksa, met- of zonder ei, vegetarisch met tahoe (of tempeh of aloë), de roti-plaat in verschillende variaties, met of zonder pesi, etc etc. etc. Zelks bij de 'fast-food' keten voor roti's (Roopram) is er keuze. 

Een ander zeer typerend 'ding' van Suriname is 'kleur', oftewel 'kloru'.
Zo is het eten is rijkelijk voorzien van kleurstoffen. Waar de gemiddelde Nederlander (of Europeaan zelfs) de e-nummers en kleurstoffen als de pest mijdt, heeft de Surinamer het kleurstofgebruik tot bijna must verheven. Eten, zeker wanneer het voor een feestelijke gelegenheid is (zoetigheden / switimofo), kan simpelweg niet zonder uitgesproken kleuren.Djelebi's zijn er van blauw tot roze, schuimpjes zijn verkrijbaar in dozen met alle kleuren van de regenboog...

Ook bij het verlaten van Zanderij - op de Indira Ghandiweg naar Kofidyompo (Lelydorp) en Par'bo- duurt het maar even voordat het kleurrijke aspect duidelijk wordt. Veel huizen (als ze niet alleen gemaakt zijn van planken en golfplaat) zijn in de meest bonte kleuren geschilderd. Kleding heeft de felste kleuren (in Par'bo heb je etalages vol met neonachtig gekleurde spandex jurkjes bijvoorbeeld) en pangi(stof) - evenals 'vlisco' stof hebben de meest kleurrijke combinaties. 

Dus toen ik 'het kleine kamertje' in het huis ging opknappen, heb ik juist dat gedaan wat ik in Nederland niet zou doen en heb ik kleuren gebruikt die ik in NL niet zou toepassen. Waar ik in Nederland vooral gematigde kleuren heb in huis (wit, grijs en turquoise en zwarte accenten) ben ik hier voor felroze, oranje en geel gegaan. En dat levert - in mijn optiek-  een kleurrijk én smaakvol geheel op!

Links: de situatie die ik bij mijn eerste bezoek aantrof.. en rechts: zoals het nu is 


maandag 16 maart 2020

Un a baka ini Sranan!

De afgelopen weken, sinds dat ik mijn cursus volg, heb ik mij ondergedompeld in de Surinaamse geschiedenis, taal, cultuur, topografie en wat nog niet meer. Ik heb Surinaamse recepten gekookt, Surinaamse boeken gelezen (de Anton de Kom's : wij slaven van Suriname, Cynthia mcCleod's romans...) en ik heb plantenkunde en topografie van Suriname geleerd. Ik heb dagelijks de Surinaamse radio geluisterd om op de hoogte te zijn wat er speelt en ik heb mij geabbonneerd op diverse Sranan forums op Facebook.


Langzaamaan begin ik dingen te snappen en begin ik dingen in perspectief te zien. In de rij voor het inchecken voor het vliegtuig op Schiphol vang ik woorden op van gesprekken en ik snap in grote lijnen waar het over gaat. Ik glimlach, want ook al heb ik weinig lessen gehad, zij beginnen wel hun vruchten af te werpen.

Ook op Zanderij heeft mijn (rudimentaire) kennis van Sranan voordelen. De taxichauffeurs die ons aanschieten, poeier ik af met 'no, un no wani a taxi. unu abi a wagi', wellicht nog niet optimaal, vlekkeloos Surinaams, maar in ieder geval Surinaams genoeg om niet lastig gevallen te worden.

Ik ben er in ieder geval blij mee.

We rijden in onze huurauto - dit keer vanaf Zanderij geregeld- naar onze 'nieuwe chinees' op het einde van de Taut Lui Fout weg. We slaan in op de zaken die we de komende dagen nodig hebben en gaan op weg naar ons huis. Het grappige is dat we nu een tijdelijke huurauto hebben omdat onze eigenlijke auto nog niet beschikbaar is. We hebben nu een soort slagschip dat hobbelt en zoeft over de drempels; helemáál niet ons ding...

We komen heelhuids aan bij ons huis en zijn blij dat de tuin er nog redelijk bij ligt... al maken we ons wel ernstige zorgen over de toestand van diverse planten die het (dodelijk) moeilijk lijken te hebben... zo ook de cashewboom... die er eerst prachtig bij stond, lijkt nu (voor een deel) dood te gaan...


Veel is verdord... weinig staat bloeiend en een dooie papaya...
Eerst maar weer eens lekker een sopje (Fabuloso!!) door het huis zodat we weer een paar weken schoon kunnen vertoeven... 

Mun neygi nanga mun ten tu dusun tenti na ayti

Ik kan mij bijna niet voorstellen hoe lang het geleden is dat ik geblogd heb. En er is ZO veel gebeurd in de tijd dat ik over de kaaiman en de regen schreef. 
Het is nu al weer maart 2020 en ik besef mij dat de post over Alen Ten (Regentijd) ging over 2018 en het het bijna een jaar geleden is dat ik schreef op deze blog!!! En er is ZO VEEL GEBEURD in de tussentijd!!!

Vlak na het filmpje over de regentijd, gingen manlief en ik weer naar huis. Het grappige is dat we in het vliegtuig al weer heimwee kregen naar ons SU-stekkie en we al weer plannen aan het maken waren voor de volgende reis. Wie had dát ooit gedacht. Twee mensen die het prima vonden om op NL-bodem te vertroeven en 'buiten Europa' niet zo hoefde, die nu (stiekum) hopeloos verliefd verliefd werden op 'a switi kondre'... dat mooie land met al die groene pracht, lekker warm (jaja... inclusief het hete eten)... 
Deze Bakra's ... tja... a kondre e taki na un kwataki :-)

Maar wat ik zei: er is ZOVEEL gebeurd in de tussentijd dat ik bijna niet weet waar te beginnen......

Dus laat ik gewoon beginnen waar ik geëindigd ben... en dat was april 2018...

***********************************

April 2018....Nederland is koud. Ondanks dat het dat weekeinde daarna één van de mooiste weekeinden van het voorjaar is; ik vind het koud!. Hoe ik dat (nog) weet? Simpel; ik liep de Fjoertoer met mijn beste vriendin op Terschelling. Terwijl zij in een t-shirt genoot van het "warme' weer, liep ik te klappertanden van de kou. Wollen trui, fleece vest, thermos ondergoed....
Op een gegeven moment hadden we per ongeluk de kachel van ons huurhuisje aan laten staan, wat resulteerde in een temperatuur van boven de 25 graden... ik was superblij! maar vriendin dacht in een sauna beland te zijn...

Wat mij opvalt is dat als je eenmaal "gewend" bent c.q de warme van SU hebt omarmt, dat de kou van Patatakondre/ Bakrakondre je overvalt en je - zelfs als Bakra- er niet meer aan kunt wennen.
De energieleverancier is blij met ons, want onder de 22 graden wordt het écht niet in ons onderkomen.

************************************

Ergens halverwege 2018: Mijnheer Kibrifasi heeft geregeld dat de deur van het diefijzer gemaakt is. Niet via die 'L*U*L* die het eerst (niet) heeft geregeld, maar een eigen lasser. (nu (2020) blijkt dat beide lassers prutswerk hebben geleverd, want het roest als de te**ing*)...

NB; voor diegenen die OOIT diefijzer laten lassen. 1. Neem geen 10mm/10mm meubelijzer (te dun) en 2. laat rondom lassen zodat het water dat bovenop blijft staan geen impact heeft...

**********************************

Ik 

Ergens in de zomer van 2018.... ik begin weer met verzamelen van dingen die we 'nodig' hebben in SU (natúúrlijk hebben ze daar van alles te koop... maar die LIDL, ACTION etc. etc. hè...).

*********************************

Ergens in de zomer van 2018: JAAAAAAAAAA!!! we hebben weer geboekt!!!! Einde september gaan we weer naar SU!!!!

*******************************

Maar... voor die tijd besluit ik les 'Sranantongo' te nemen bij Kwasi Koorndijk Consultancy (lessen ontwikkelt door stichting Opo Oso Sranangtongo). Ik ben er namelijk klaar mee dat voor de buurman een tolk moet komen, dat ik niet versta waar het over gaat (behalve dat ik ergens begrijp dat het over mij gaat) en dat voor ieder wissewasje in het Sranan moet vragen "wat zegt u" omdat men "de Bakra' een hak wil zetten en ook omdat ik wil horen bij het zaken doen waar men mij mee wil afzetten...

Dus ik ga vanaf september braaf iedere vrijdagavond naar de Sranantongo lessen in de Bijlmer en ik leer. Ik leer over de geschiedenis, de cultuur, het koken, het eten, de mensen, de levensovertuigingen en de taal. De taal zelfs in drie vormen: de authentieke vorm, de stadse vorm (lijkt ook op 'patata sranan') en de straat taal....alle drie moet je ze namelijk herkennen ook al spreek je zelf alleen één vorm.

************************************

Ik leer, ik leer en ik leer... totdat ik al na les drie naar Sranan ga... zou ik al iets kunnen praten  in de taal?