Eerst maar eens de
eettafel onder handen nemen. Het werkt gemakkelijker als ik een opgeruimd
oppervlakte heb.
Ik zie een bakje met briefjes met het
onmiskenbare ‘van Delft’ handschrift; mijn vader en mijn oom hadden een
soortgelijk blokletter handschrift. Ook staat op de tafel een bekend voorwerp
uit mijn jeugd; een presse-papier van epoxyhars met een klein zeetafereeltje er
in gegoten. Vroeger stond dit ding, samen met een grote zeeschelp bij mijn oma
en ik vond het fascinerend want ik dacht altijd dat het een soort ‘hardgeworden
water’ was. De schelp staat bij mij thuis, maar deze presse-papier is dus
ineens hier voor mij op tafel. Die gaat sowieso mee terug om weer met de schelp
herenigd te worden.
Nu is het tijd om aan
het werk te gaan. Het belangrijkste zijn de papieren. Ik moet het paspoort, de
ID kaart en het rijbewijs van mijn oom vinden voor de verschillende instanties.
Ook zijn er andere papieren die belangrijk zijn voor mij om te vinden. Ik moet
alles bij elkaar hebben en in veiligheid hebben gebracht voordat ‘vriendin’
komt. Het voelt als een race tegen de klok.
Een heel klein stukje is hier al opgeruimd... |
Op de tafel vind ik
vooral veel lottobriefjes,
notitiepapiertjes met kansberekeningen en uitgeknipte advertenties en
ook een –tot 2012- zeer nauwkeurig bijgehouden kasboekje (daarna wordt het wat
minder gedetailleerd) en een adressenboekje. Er ligt ook een pakje oude, zware
shag, een gouden gids/ telefoonboek, veel doosjes medicijnen, doosjes gezondheidsthee en veel andere
prullaria. Het meeste verdwijnt in een vuilniszak.
Daarna loop ik langs
alle kastjes, dozen en kratten om te lokaliseren waar allemaal papier in zit.
De grootste krat - vol met papieren- staat in een klein kamertje aan de zijkant. Terwijl ik het
kleine kamertje een beetje aan kant aan het maken ben en controleer of er nog meer papierwerk ligt, slaan Herta en Strepie
ineens aan…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten